Grote tijm - Thymus pulegioides
Kleine, liggende, aromatische kruiden of halfstruiken kunnen we herkennen als soorten die behoren tot het geslacht Tijm. De plant die we hier voorstellen is Grote tijm of Thymus pulegioides. Deze soort luistert ook naar de naam Grote wilde tijm. We kunnen deze plant echt niet overal in Nederland tegen komen. Vooral in het rivierengebied op zandige plekken op dijken en in de midden en zuidelijke duinstreek hebben we een goede kans. Ook Zuid-Limburg hoort tot de gebieden met groeiplaatsen van deze soort. Daarbij kan Tijm gemakkelijk over het hoofd gezien worden, vooral wanneer hij niet bloeit. De geur is onmiskenbaar evenals de schijnkransen van bloemen in het eindstandige deel van takken, de kleur van het kroonblad is donker- tot lichtpaars. De bladeren zijn eirond tot elliptisch en staan tegenover elkaar aan op doorsnee vierkante stengels. Karakteristiek voor Grote tijm is dat de beharing op de takken (vrijwel) beperkt is tot de ribben. Verder zijn de drie Tijm-soorten die we in Nederland kennen lastig van elkaar te onderscheiden.